RITA KOHNSTAMM
Schaamhaarloos
nige tijd geleden zag ik voor het eerst in de kleedkamer van de fitness een jonge vrouw met helemaal weggelaserd schaamhaar. Natuurlijk had ik dat wel eerder op foto’s gezien, maar in levende lijve en van dichtbij was het toch anders. Mijn eerste associatie was met een etalagepop, zoals die soms staat te wachten tot de etaleur haar komt aankleden. Zo naakt is ze seksloos, de kleren maken haar pas tot vrouw.
Maar daarna drong zich het beeld op van kleine meisjes, argeloos bloot spelend op het strand of rondlopend door huis. En dat was verwarrend, want dit was geen klein meisje, maar een jonge vrouw in de bloei van haar lustvolle en vruchtbare leven.
Het ontluikende schaamhaar is in een meisjesleven één van de eerste prille en zichtbare bewijzen van haar groeiende seksualiteit. Beetje eng misschien, maar ook spannend. Eigenlijk ook wel iets om trots op te zijn. Waarom zou zij vijftien jaar later die tekenen weg willen hebben? Weer een klein meisje willen zijn? Maagdelijk en onvruchtbaar zoals zij eens was?
De vergelijking met anorexia dringt zich op. De klassieke verklaring daarvoor is dat een meisje geen vrouw wil worden. Gaat hongeren om haar meisjesachtige lijfje en daarmee haar onschuld te behouden. Of, eenmaal volwassen geworden, ernaar verlangt het meisjeslichaam weer terug te krijgen. Zo hoopt zij beschermd te zijn tegen mannen. De motieven waaróm zij dat wil kunnen heel divers zijn. Maar uiteindelijk gaat het erom dat zij de seksualiteit buiten de deur wil houden. Heel lang geleden een wens uit vroomheid. Later uit angst vanwege de totale onwetendheid waarin meisjes werden gehouden over wat hen te wachten stond in het huwelijk. De waaier aan motieven is tegenwoordig groter, want gebaseerd op de persoonlijke levensgeschiedenis. Soms zijn er diepliggende oorzaken, soms liggen ze aan de oppervlakte voor het grijpen.
Men zegt wel eens dat anorexia tegenwoordig toeneemt door het zich opdringende slankheidsideaal. Door de glamourvoorbeelden van sprietdunne fotomodellen. Ik denk dat er meer is. Het zou mij niet verbazen als het ook te maken zou hebben met de seksualisering van het dagelijks leven. ‘Sexy’ is een algemeen erkend en positief bedoeld bijvoeglijke naamwoord. Of een politicus zegt dat hij een bepaald wetsvoorstel ‘niet sexy’ vindt als hij het niet met de strekking eens is.
Seks is alomtegenwoordig. In het straatbeeld, op het werk, in televisieprogramma’s, waar eigenlijk niet? En dan vrouwelijke seks waarin iedere verwijzing naar moederlijke vruchtbaarheid, waar het van origine toch voor was bedoeld, ontbreekt.
We worden op billboards omringd door wilde meiden in bikini’s, de meest serieuze kranten tonen in hun weekendbijlage het verleidelijkste lingerie, de meisjes in showprogramma’s wervelen met kruis en billen, liefst met een beetje open mond en zichtbare tong. Kortom, de klassiek pornografische symbolen zijn de dagelijkse leefwereld binnengesiepeld. Sommige meisjes en jonge vrouwen wordt dat een beetje te veel, misschien is het zelfs bedreigend. Zij trekken zich terug in de veiligheid van hun magere, seksloze lijf.
Hier houdt de vergelijking met de schaamhaarloze vrouw op het eerste gezicht op. Zij is immers meestal wèl seksueel actief. De onbehaarde venusheuvel geldt zelfs als extra sexy. Jongeren die de film Deep Throat zagen waren verbijsterd over de hoeveelheid schaamhaar dat daarin te zien was. Hègèt!
Maar hier zit de ingewikkelde dubbelheid. De vrije blije meid wil kennelijk toch iets van haar onschuld bewaren. Misschien geen maagd meer, maar ook geen lellebel. Althans om te zien nog het onbedorven meisje dat ze vroeger was.
(Mind Magazine, mei 2008)

|